Het 487MW SeaMade offshore windproject, het grootste offshore windpark van België, bevindt zich in de Belgische Exclusieve Economische Zone in de Noordzee.
SeaMade is ontwikkeld als een combinatie van het 235 MW Mermaid offshore windproject en het Seastar offshore project, dat een capaciteit heeft van 252 MW.
Eigendom van en beheerd door SeaMade, een consortium van Otary (70%), Ocean Winds (17,5%) en Eneco Wind Belgium (12,5%). Dit project wordt beheerd door Otary.
Het Franse multinationale nutsbedrijf Engie bezat eerder een belang van 17,5% in het windpark via zijn Belgische dochteronderneming Electrabel. Engie werkte samen met EDP Renewables om een joint venture op te richten met de naam Ocean Winds. De twee bedrijven combineerden hun bestaande offshore windprojecten en nieuwe projecten in ontwikkeling om Ocean Winds te worden.
Met een potentieel jaarlijks vermogen van 1,8 TWh kunnen windparken behoorlijk wat opwekken hernieuwbaar energie om 500.000 Belgische huishoudens van stroom te voorzien en tegelijkertijd 700.000 ton CO₂-uitstoot per jaar te compenseren.
Het project werd in december 2018 financieel afgerond. De offshore-bouw begon in september 2019, gevolgd door de installatie van twee onderstations in maart 2020 en de installatie van turbines in juni 2020.
Het windproject bereikte de laatste fase van de bouw toen de laatste turbine in november 2020 werd geïnstalleerd. Het project werd in oktober 2021 ingehuldigd.
SeaMade offshore windpark locatie
De 235MW Mermaid-site ligt 54 km uit de kust van België, met een waterdiepte van ongeveer 40 meter. De Seastar 252MW-site ligt op 40 km van de kust op een diepte van 38 m.
De Mermaid Site bevindt zich naast de deur Noordwest windpark IIterwijl het Seastar-terrein tussen de windparken Nobelwind en Northwind ligt.
Het logistiek centrum Otary in de haven van Oostende, gelegen op 50 km van het project, ondersteunt de exploitatie en het onderhoud van de windparken.
Details van de turbine
Het windpark beschikt over 58 SG 8.0-167DD 8.4MW windturbines van Siemens Gamesa Renewable Energy. De Mermaid-site had 28 turbines, terwijl de overige 30 op de Seastar-site werden geïnstalleerd.
Elke turbine heeft een rotordiameter van 167 m, een ashoogte van 109 m, een bladpunthoogte van 193 m en een slagoppervlak van 21.900 m².
De turbine is gemonteerd op een monopile fundering met behulp van DEME’s DP2 offshore installatieschip Apollo. De fundering wordt geplaatst met een overgangsstuk naar de behuizing van de windturbinegenerator (WTG).
Krachtoverbrenging van het SeaMade offshore windpark
Inter-array-kabels die in cirkelvormige kabelformaties zijn gelegd, verbinden de WTG met de twee onderstations. Elk onderstation is aangesloten op het elektriciteitsnet via onderzeese kabels van 800 mm² aluminium cross-linked polyethyleen (XLPE) met een vermogen tot 245 kV.
De exportkabel heeft een diameter van 247 mm en weegt ca. 96,4 kg/m.
Het windpark kan voldoende hernieuwbare energie opwekken om 500.000 Belgische huishoudens van stroom te voorzien en tegelijkertijd 700.000 ton CO2-uitstoot per jaar te compenseren.
Het offshore onderstation verhoogt de spanning van 33 kV naar 220 kV alvorens het modulaire offshore netwerk, dat wordt beheerd door Elia Systems, te voeden.
Opstap overeenkomst
In januari 2022 tekende Eneco een tienjarige stroomafnameovereenkomst met het multinationale chemiebedrijf Ineos om windenergie over te nemen van het SeaMade-project. Ineos zal 65,5 MW (250 GWh per jaar) aan windenergie ontvangen onder een afnameovereenkomst.
Financiering voor het SeaMade offshore windpark
Het offshore windpark SeaMade is ontwikkeld voor een geraamd bedrag van € 1,3 miljard ($ 1,4 miljard). De Europese Investeringsbank (EIB) verstrekt een kredietfaciliteit van € 250 miljoen ($ 282 miljoen) via het Europees Fonds voor strategische investeringen.
Het project wordt gefinancierd door een leningsyndicaat bestaande uit de EIB, het Deense exportkredietbureau EKF, Santander, Société Générale, Siemens Bank, Bank of China, MUFG, Belfius, KfW IPEX, BNP Paribas, ASN Bank, ING, Commerzbank, Rabobank, SMTB , en Triodos.
Bij het project betrokken aannemers
Siemens Gamesa Renewable Energy kreeg in december 2018 het contract voor de levering van windturbines voor het project. Het contract omvat ook een 17-jarige serviceovereenkomst.
In december 2018 ontving het Tideway-Hellenic Cables-consortium een kant-en-klaar contract van $ 50 miljoen voor het leveren en leggen van een onderzeese exportkabel voor een offshore windmolenpark. De kabels zijn vervaardigd door Hellenic Cables en geïnstalleerd door Tideway.
Dredging International kreeg de opdracht om de turbinefunderingen en tussenliggende kabels van het project te engineeren, te bouwen en te installeren. Het ENGIE Consortium Fabricom, Tractebel, Smulders en GeoSea waren verantwoordelijk voor de engineering, aankoop, constructie en installatie (EPCI), alsook voor de inbedrijfstelling van de twee hoogspanningsstations en hun respectievelijke substructuren.
ENGIE Fabricom is verantwoordelijk voor de algehele ontwerpcoördinatie en integratie van alle onderstationsystemen op de bouwplaats in Hoboken, België.
Tractebel staat in voor de engineering, aanschaf, testen en inbedrijfstelling van hoogspanningsapparatuur.
Smulders worden gebruikt voor staalconstructies voor boven- en onderconstructies, zoals overgangsstukken en monopiles. De werkzaamheden omvatten engineering, inkoop, fabricage en corrosiebescherming van staalconstructies.
GeoSea transporteert en installeert de bovenbouw en onderbouw van land naar zijn offshore locatie.
DEME verzorgde de EPCI van de turbine, de fundering, de tussenstapels en de exportkabels, en installeerde twee offshore onderstations.
Meer projecten
Bekijk meer
“Typische tv-ninja. Popcultuurliefhebber. Webexpert. Alcoholfan. Wannabe-analist. Algemene baconliefhebber.”