Een deel van een LNER-trein, vermoedelijk bijna 100 jaar oud, is ontdekt door archeologen in België.
De vondst, ontdekt in Antwerpen, bleek een houtvrachtwagen te zijn die werd gebruikt om de bezittingen van mensen te vervoeren toen ze verhuisden, aldus spoorwegmaatschappij LNER.
Het in York gevestigde bedrijf zei dat het “een mysterie” was hoe de trein begraven werd in een veld in Antwerpen.
Hij voegde eraan toe dat er “zeer weinig overblijft van de relikwieën” omdat ze werden vernietigd toen ze werden opgegraven.
De London and North Eastern Railway-dienst begon in januari 1923 te opereren op wat bekend werd als de East Coast Main Line.
Sommige diensten worden getrokken door beroemde locomotieven zoals de Flying Scotsman, Mallard en Sir Nigel Gresley.
De naam LNER keerde in juni 2018 terug naar de route, toen de vorige exploitant Virgin Trains East Coast de franchise teruggaf aan de overheid.
LNER-communicatiedirecteur Stuart Thomas zei: “Vorig jaar vierden we 100 jaar sinds de oprichting van LNER in 1923.
“In ons 101e jaar was het fantastisch om een stukje LNER-geschiedenis te ontdekken dat decennialang in een veld in België begraven lag.”
Een woordvoerder van het bedrijf zei dat het “zeer onwaarschijnlijk” was dat de trein zou worden teruggebracht naar York, en voegde eraan toe dat deze zich in een “zeer kwetsbare toestand” bevond en beschadigd was toen archeologen hem uit de modder probeerden te halen.
“Valt vaak naar beneden. Algemene tv-fan. Ongeneeslijke zombie-fan. Subtiel charmante probleemoplosser. Amateur-ontdekkingsreiziger.”